Het sociaal domein – waar staan we?
Ruim drie jaar na de decentralisaties van zorg, werk & inkomen en jeugdhulp naar gemeenten (Wmo, Participatiewet, Jeugdwet) is het tijd om de balans op te maken. Inmiddels blijkt dat de resultaten die de beleidsmakers voor ogen hadden maar ten dele zijn waargemaakt. Cliënten ervaren nog onvoldoende dat ze centraal staan. En hoewel er veel aandacht is gegaan naar de integrale toegang, worden de wachtlijsten in met name de jeugdzorg alleen maar langer en lopen de kosten op. Met alle risico’s voor kwetsbare groepen in de samenleving. De transitie is redelijk gelukt, maar de transformatie staat nog in de kinderschoenen. Wij stellen dat de échte vernieuwing gaat voortkomen uit ketensamenwerking. En die moet echt nog op gang komen.
Lessen over ketensamenwerking uit andere sectoren
Onderdeel zijn van een keten, betekent nog niet dat er ook echt wordt samengewérkt. Effectieve samenwerking tussen alle ketenpartners in de zorg is cruciaal voor de doorontwikkeling van het Sociaal Domein. En om de kosten terug te dringen en gelijktijdig de prestaties op de dimensies tijd en kwaliteit aanzienlijk te verhogen. Uit promotie-onderzoek van onze collega Marcel Noordhuis en ervaring van Rijnconsult in andere sectoren, zoals de Agrifood en de Bouwsector, blijken zes principes leidend.
De zes principes
1. Creëer een ‘fusie van belangen’ voor langetermijnsamenwerking
De eerste stap in het proces is een zorgvuldige selectie van strategische partners op basis van strategische fit, gezamenlijke ambities en deling van expertise. Daarbij is het van belang duidelijke prestaties af te spreken op de doelstellingen tijd, geld, kwaliteit en duurzaam effect.
2. Vroege betrokkenheid van strategische partners
Beslis samen over de belangrijkste opgave. Bepaal daarbij wat de uitvoering effectief maakt en hoe er samengewerkt gaat worden.
3. Delen van informatie
Hierbij staat de vraag centraal welke informatie nodig is en partners van elkaar nodig hebben om het werk goed te doen (financiën, wachtlijsten en doorlooptijden, cliëntprofielen en -historie of planning bijvoorbeeld).
4. Gezamenlijk monitoringsysteem
Bepaal hoe geleverde prestaties en partners continu geëvalueerd worden en hoe daarvan geleerd wordt. Ook is het van belang om de geleverde prestaties te toetsen aan de afgesproken prestaties en daartoe één objectief systeem in te richten.
5. Continu verbeteren
Gedurende het proces van samenwerking is een continue focus op het zoeken naar manieren om het sneller, goedkoper en beter te doen in de keten belangrijk. Dit vraagt om een proces van continu leren in het dagelijkse werk.
6. Gezamenlijk incentive systeem
Wat zorgt ervoor dat we het individuele en collectieve belang laten samensmelten en daarmee sub-optimalisatie voorkomen? Hoe delen we kosten, opbrengsten én winsten en dragen we gezamenlijk de risico’s in de uitvoering van het werk?
Bent u benieuwd naar de stappen die u kunt nemen?
>> Lees het hele artikel