Gemeenten hebben steeds beter grip op hun eigen vastgoed. Dat blijkt uit de resultaten van de Benchmark Gemeentelijk Vastgoed 2018 onder 20 grote Nederlandse gemeenten. Het onderzoek, een samenwerking van TIAS School for Business & Society en Republiq, is dit jaar voor de derde keer uitgevoerd. De strategieën van ongeveer een vijfde van alle gemeentelijke panden in Nederland is nu in beeld. Opvallend is dat 25% van de panden niet is ingezet voor een gemeentelijk beleidsdoel. Deze panden staan op de verkooplijst of worden bijvoorbeeld aangemerkt als bijzonder bezit. Deze strategische kijk, helpt de deelnemers keuzes te maken in het gemeentelijk vastgoedbezit, zoals de verduurzaming.
Van uitvoering naar strategie
De deelnemende gemeenten aan de benchmark hebben een veel beter beeld van de beoogde strategie per pand. Was in 2017 voor 30% van de gemeentelijke panden de strategie onbekend, in 2018 is dit percentage gedaald naar 9,5%. Ruim 75% van de panden is aangemerkt als ‘kernportefeuille’ en willen gemeenten langdurig in eigendom houden. Wat opvalt is dat van de panden die geen beleidsdoel dienen, toch de helft is aangemerkt als kernportefeuille. Het gaat dan bijvoorbeeld om parkeergarages of panden voor kinderdagverblijven. “De resultaten van de benchmark helpen de feiten op tafel te krijgen bij keuzes over gemeentelijk vastgoed”, aldus Ingrid Janssen van TIAS School for Business & Society. “Voorheen werden beslissingen over gemeentelijke panden ingegeven vanuit beheer en uitvoering. De benchmark geeft juist een strategische kijk op de vastgoedportefeuille.”
Verduurzamingsopgave nog niet transparant
In 2018 is van beduidend meer gemeentelijke panden het energielabel bekend. Desondanks weten de gemeenten van meer dan 60% van de panden de energieprestatie niet. Een goed inzicht in de verduurzamingsopgave ontbreekt vooralsnog. Het is dus niet duidelijk welke investering nodig is om de ambities uit het klimaatakkoord (energieneutraal in 2050) te kunnen verwezenlijken. “Alle reden om komende jaren in de benchmark de gemeentelijke uitgaven aan verduurzaming goed te monitoren”, aldus Ingrid Janssen.
De genoemde resultaten zijn slechts een greep uit de inzichten die de benchmark heeft opgeleverd.
De benchmarkresultaten vind je hier.